Wat doet de welstandscommissie?


Al sinds 100 jaar kennen we het fenomeen "welstandscommissie". Veel mensen hebben er wel eens van gehoord en zijn er vaak een beetje bang voor, zodra ze een bouwplan willen realiseren. In de praktijk blijkt echter dat de meeste plannen worden goedgekeurd. De afgekeurde bouwplannen kunnen vaak na kleine correcties ook positief beoordeeld. Waarom bestaat deze commissie en wat hebben we eraan?

Eerst een kleine geschiedenis, die start in de gemeente Amsterdam.

Nog voordat de Woningwet in 1901 werd ingevoerd, ontstond in architectonische kringen – met name in Amsterdam – een discussie over de kwaliteit van nieuwe stadsuitbreidingen. Hoewel de Woningwet richtlijnen gaf voor stedenbouw en bouwtechnische eisen, bleef de aandacht voor esthetiek achterwege.

Op advies van Architectura et Amicitia en de Maatschappij tot Bevordering van de Bouwkunst werd in 1911 de ‘Commissie voor het Stadsschoon’ in Amsterdam opgericht. De gemeente Laren nam in 1912 als eerste een welstandsbepaling op in haar bouwverordening. Amsterdam volgde in 1915 door een schoonheidscommissie in het leven te roepen. Om ook cultureel en landschappelijk erfgoed te behouden ontstond ook in die periode de "Bond Heemschut".
(bron Ensia).
In 1920 werd er een regeling in het leven geroepen om woningbouw te stimuleren, want er was een tekort aan kwaliteit en kwantiteit aan woningen. In die stimuleringsregeling (subsidie) stond als 'eisch' geformuleerd dat de nieuwe bouwplannen getoetst zouden moeten worden aan 'redelijke eischen van Welstand". Het idee erachter was dat arbeiders en de 'kleine middenstand' in betere huisvesting terecht kwamen, onder toezicht van 'eene bouwpolitie'. De rest is geschiedenis, want elke gemeente in Nederland heeft (of had) een welstandscommissie.


Onafhankelijk 

Een welstandscommissie is een onafhankelijk orgaan dat door de gemeente wordt ingehuurd. Ze nemen dus geen overheidsbesluit, maar geven een advies. De gemeente zal die adviezen vaak volgen, om te voorkomen dat de commissie zinloos wordt. Soms wijkt de gemeente er vanaf bij de afweging van allerlei andere belangen, maar dat is zeldzaam.

Wat toetst een welstandscommissie?

De commissie toetst een ingediend plan, als vooroverleg of vergunningsaanvraag, aan redelijke eisen van welstand. Die eisen komen niet uit de lucht vallen. Ze staan omschreven in een welstandsnota die iedere gemeente heeft opgesteld. Sinds 2009 valt de welstandsnota onder het bestemmingsplan, waarin ook beschreven staat hoe groot een bouwwerk mag zijn, op een bepaalde locatie.
Vaak wordt de welstandscommissie weggezet als 'smaakpolitie' omdat de initiatiefnemers niet altijd begrijpen waarom iets niet voldoet. De Welstandsnota geeft richting om smaakdiscussies te voorkomen.


Wat staat er in een welstandsnota?

Dit document is opgesteld door de gemeente om een samenhang te krijgen in de omgeving. Het gaat dus ook om stedenbouw, om groen en natuur en recreatie. Een gemeente maakt dus keuzes die toekomstige ontwikkelingen en de kwaliteit van jouw omgeving bepalen.
In de nota staat bijvoorbeeld dat in een bepaalde straat de huizen een schuin dak hebben, bedekt met dakpannen, met bakstenen gevels en licht gekleurde kozijnen. De bakstenen in een donkere kleur en donkere voeg bijvoorbeeld. Dit zou een beschrijving kunnen zijn van een straatje -jaren 30- huizen die de laatste jaren zoveel gebouwd worden.
Maar het regelt ook de kwaliteit ten opzichte van de straat (groene heg of juist steenachtige muren) en omgeving (minimaal aantal bomen per perceel).
In het plan 'Sancta Maria' in Noordwijkerhout bijvoorbeeld wilde men de oude bospercelen van een voormalig klooster behouden. De bouwpercelen voor vrijstaande huizen kregen dus een verplichting tot behoud of herbeplanting van bomen. De wijk is daardoor zeer groen en bladrijk geworden.
Een plan voldoet dus aan 'redelijke eisen' zoals die staan geformuleerd in de welstandsnota. De architect zal dus voor het ontwerp rekening houden met deze nota. Ook als koper zou je dit vooraf moeten raadplegen. Als je een moderne witte bungalow wilt bouwen in het plan met - jaren 30- nabouw, dan moet je niet verbaasd zijn als welstand dat afkeurt.

Wat valt onder Welstand?

Niet alle bouwplannen vallen onder het toezicht van deze commissie. Er zijn ook gemeentes die de welstandscommissie helemaal hebben afgeschaft.
In sommige gemeentes heb je 'welstandsvrije' zones, waar je zonder deze toets door de vergunningsprocedure gaat. Vaak ligt er dan wel een 'beeldkwaliteitsplan' waar je aan moet voldoen, waarin de vormgeving weer globaal beschreven staat.
Kleinere bouwplannen die onder de 'vergunningsvrije regeling' vallen kennen ook geen welstand. Denk daarbij aan aanbouwen, uitbreidingen en vrijstaande schuurtjes op de begane grond. Ook dakkapellen, zonnepanelen en dergelijke kunnen hier onder vallen.


Omgevingswet / Omgevingsloket

Sinds januari 2024 is de nieuwe Omgevingswet van kracht. Deze bundelt allerlei wetten die met bouwen en wonen te maken hebben, van kapvergunningen voor bomen, sloopvergunningen, waterbeheer, tot bouwen en huisvesting. Via het Omgevingsloket kun je een vragenboom doorlopen waaruit moet blijken welke procedure je moet volgen. Vaak verwijst de eindconclusie nog naar de opmerking 'neem contact op met uw gemeente'. Dat kun je dus maar beter meteen doen. De gemeente verwijst overigens dan vaak weer naar het Omgevingsloket, dus dan ben je weer terug bij af. Een kwestie van volhouden.
In de nieuwe wet zijn gemeentes weer vrij om te bepalen of ze de welstandscommissie behouden. Daar vinden momenteel allerlei ontwikkelingen plaats. Het is prettig als je als initiatiefnemer een plan kunt laten toetsen voordat het de hele ambtelijke molen in gaat. Daarvoor heeft men een Vooroverleg, waar je met de gemeente kunt afstemmen of je plan kansrijk is of niet. Een kort filmpje van de overheid.


Kun je in beroep na een negatief advies?

Als je het niet eens bent met het advies van de welstandscommissie, kun je hiertegen in actie komen. Het is echter belangrijk om te weten dat dit advies op zichzelf geen officieel overheidsbesluit is. Pas als de gemeente een besluit heeft genomen over je omgevingsvergunning, kun je formeel een bezwaar maken. Dit bezwaar moet binnen 6 weken na het besluit van de gemeente worden ingediend.

Wanneer je bezwaar maakt, kan een rechter beoordelen of het advies van de welstandscommissie redelijk is. Als de rechter vindt dat het advies niet terecht was, kan je vergunning alsnog worden verleend.


Informeel bezwaar en overleg

Voordat je een formele procedure start, is het slim om eerst een toelichting op het advies aan te vragen bij de welstandscommissie. Vervolgens kun je informeel je bezwaren bespreken met zowel de commissie als de behandelend ambtenaar. Goede argumenten of een vergelijkbaar precedent kunnen er soms toe leiden dat de welstandscommissie haar advies heroverweegt en aanpast. Het is beter om goed met elkaar te overleggen. Een architect aan je zijde is dan wel prettig, omdat die kan duiden waar de bezwaren over gaan en hoe die opgelost kunnen worden.